[BINNENSTAD] Oosterhout, stad van het snoep?
Het winkelgebied in Oosterhout wordt onder andere geraakt door de crisis en internetwinkelen. De legere straten en leegstand in Oosterhout waren aanleiding voor het stadsmanagement om een selectie te maken van vijftien verbeterplannen voor de binnenstad. OokvanWosterhout zal komende dagen enkele van deze plannen uitlichten.
Rijke historie van snoepgoed
Oosterhout heeft al langere tijd een link met snoepgoed. Zo verhuisde de Jamin-fabriek in 1957 van Rotterdam naar Oosterhout, zetelt Holland Foodz onder leiding van Jan Harm Spijkervet in Oosterhout en kennen we natuurlijk de Oosterhoutse Kaneelstok, die al sinds 1894 ambachtelijk wordt gemaakt. Studenten van de Academy for Leisure (NHTV Breda) hadden hierbij de volgende drie concepten bedacht om een impuls te geven aan de stad:
• Een tot de verbeelding sprekende snoepwarenhuis in de stijl van de chocoladefabriek van Willy Wonka, naar het verhaal van Roald Dahl. Hier is ook eventueel plaats voor een museum.
• Een pendeldienst die bezoekers naar Holland Foodz brengt voor een rondleiding.
• Grote kaneelstokken en/of andere lekkernijen die in het groot zijn uitgebeeld in de openbare ruimte.
Wat gebeurt er concreet?
Er is gekeken naar de haalbaarheid van de plannen en uiteindelijk is het stadsmanagement gekomen tot één concreet project, namelijk de realisatie van een gewone snoepwinkel met als hoofdthema de Oosterhoutse kaneelstok. Activiteiten zoals zelf snoep maken kunnen hierbij worden gepland. Onduidelijk is of het idee met de kaneelstokken in de openbare ruimte alsnog doorgaat.
Het zou zomaar kunnen zijn dat Oosterhout wordt gelinkt aan snoepgoed (en eten), daar waar bijvoorbeeld Gouda bekend staat om haar kaas, Schoonhoven om haar zilverwerk en Delft om haar blauw geschilderde keramiek. Het snoepgoed-concept lijkt verder ook aardig te passen bij de slogan van ‘Eerst Eten’. Wat vindt u? Is dit de manier om Oosterhout aantrekkelijk te maken of toch niet?
@ van Mook, als uw bijdrage niet verder gaat dan uw inbreng in deze voor de stad Oosterhout zo relevante kwestie hoop ik dat u niet representatief bent voor de meerderheid van de Oosterhoutse bevolking. Liever inspireren dan reageren! Ik wacht met smart op uw visie in dit dossier.
@ Pablo, is stel het zeer op prijs via deze uitwisseling van inzichten en expertise ( beslist geen discussie ) met jou ( want daar is jullie blog ook voor bedoeld lijkt mij ) dichter bij oplossingen te komen die Oosterhout verder brengen. In dat verband reageer ik graag op je laatste vraag: ik ben van mening dat de huidige aanpak niet de juiste is en schaar me liever achter een algeheel Bourgondisch karakter dan achter een cosmetische upgrade van de stad en city-marketing focus op basis van een beslist niet uniek element ( snoep ) waaraan Oosterhout haar profiel en huidige niveau van winkelbeleving aan te danken zou hebben. Snoepgoed en haar historische rol dus liever als onderdeel van een sterk imago dan als uithangbord!
Deze discussie tussen Pablo en Janek daar wordt de stad beter van
Dank, Janek, voor uw snelle en zorgvuldige reactie! Ik heb het artikel expres een beetje provocatief geschreven in de hoop dat er een discussie zou ontstaan. Ik ben erg blij dat u daarom met een goed onderbouwde reactie bent gekomen. Uit uw onderzoek lijkt naar voren te komen dat men vooral het Bourgondische karakter van de stad erg waardeert. Dat wil zeggen: lekker eten en drinken, goede kroegen, food-speciaalzaken en genoeg ruimte voor recreatie in een groenere setting. Misschien zou dat dan wellicht de alomvattende metaforische oliebol kunnen worden? Het snoepverleden zou dan altijd nog als krent kunnen aansluiten bij deze Bourgondische oliebol, mochten de bewoners er meer voor voelen. Of zou u in plaats van het alomvattende Bourgondische karakter alsnog juist één specifieke ‘krent’ pakken en uitvergroten?
Dank je wel voor je reactie Pablo!
We verschillen van mening, dat is goed in het licht van de zoektocht naar vernieuwing, ik heb een lans willen breken voor het van ‘buiten de doos’ kijken naar de eigen stad om inzicht te krijgen in de kernwaarden en kenmerken zoals die door de bewoners, de directe periferie en in een geografisch groter verzorgingsgebied worden gezien. Ik heb eerder voor een bekende retail-foodketen onderzoek gedaan naar de ‘sterke punten’ van Oosterhout en het koopgedrag van de Oosterhoutse consument, daaruit bleek destijds niet dat snoep de Goudse Kaas van Oosterhout was; vooral recreatie, het kleinschalige historische stadshart en als speerpunten de horeca / eten en drinken / food- speciaalzaken kwamen als sterke punten naar voren. In mijn zakelijke en persoonlijke omgeving is men enthousiaster over Oosterhouts beton, Oosterhoutse kroegen, ondernemen in Oosterhout, recreatie, golfbanen en het groene karakter. Persoonlijk zou ik daar die ene krent zoeken om uit te vergroten. Tot slot. Een stad laat zich niet door marketeers en stadsmanagers onlosmakelijk verbinden, een stad laat zich niet verkopen door communicatiemensen, zo werkt het niet! City-marketing is niet de weg, een stad laat zich slechts door haar bewoners en bezoekers op de kaart zetten, positief of negatief.
Interessante reflectie Janek, dank! Ik ben het eens met uw stelling dat de bewoners zelf ambassadeur zijn van hun stad. Een van de strategieën die hier erg bij past is de zogeheten ‘warme citymarketing’ die erop gericht is de bewoners te behouden en tevreden klanten te maken. Dan spreidt het goede woord zich vanzelf.
U zei dat u nog nooit iemand heeft horen praten over snoep. Dat is erg opvallend, want de Heemkundekring houdt zich juist bezig met het oprakelen en bekend maken met het snoepverleden, onder meer via het project ‘Bitter Sweet’. Zo kende Oosterhout historisch gezien in ieder geval meer dan vijf zoetwarenfabrieken.
Verder ligt in de zeer populaire Markthal van Rotterdam snoepgoed zoals de Oosterhoutse kaneelstok, zuurstok en wijnballen prominent geëtaleerd, en ook is het snoepgoed niet weg te denken van kermissen. Hier ligt dus een grote kans om de stad verder te promoten qua snoep/eten. Ik denk dat het dus zeker een terechte krent is in de metaforische oliebol van de citymarketing.
De vraag die opkomt is : is Oosterhout nu werkelijk bekend om haar snoepgoed of is er een andere ‘krent’ te vinden in de oliebol?
Als ( geboren ) Oosterhouter heb ik het geluk gehad een avontuur te mogen beleven de afgelopen 25 jaar van wonen en werken op veel boeiende plekken buiten mijn geliefde Oosterhout . Wat me zoal opviel aan de ‘bekendheid’ van Oosterhout is dat door mensen die je spreekt in de directe omgeving ( Breda – Waalwijk – Dongen – Made ) vooral het horeca-aanbod en het authentieke deel van het stadscentrum het meest is geroemd. Ver buiten de regio kent men Oosterhout vooral van de ‘groene’ ligging, het daaraan gerelateerde aanbod in recreatie en sport en het uitstekende ondernemersklimaat. Ik heb nog nooit iemand gehoord over snoep: vandaar dat men daar graag werk van maakt wellicht! Maar is dat nu de city-marketing die wenselijk is? Ga je uitvergroten wat jij denkt dat belangrijk, uniek of relevant is ( De krentenbol ) of kijk je naar de perceptie van niet-Oosterhouders om een ‘echte’ Krent te ontdekken? Een andere vraag die je je kunt stellen is of city-marketing, lekstokken op straat en bakken hortensia’s de gewenste instrumenten zijn om Oosterhouters enthousiaster te maken over hun stad? Een oude wet van Meden en Perzen leert dat je veel bezoekers mag verwelkomen als je zelf als bewoner, winkelier en bestuurder het enthousiasme en de liefde voor de eigen stad deelt met iedereen die het maar horen wil….ik zie mezelf graag als ( kritisch ) ambassadeur van mijn geboortestad, als het uitvoeringsprogramma Oosterhout het voor elkaar krijgt dat Oosterhouters blije, trotse, tevreden ‘klanten’ worden komt de rest van zelf, ook zonder ad-hoc opleuk-operatie. Inspiratie, daar draait het om……